zondag 25 maart 2018

Polderloop 2018 – Proefexamen

Elke eerste vier maanden van het jaar organiseren oud-voetballers van Hazerswoudse Boys hardloopwedstrijden over afstanden tussen anderhalve kilometer en halve marathon. Voor elk wat wils, van basisscholier tot veteraan. Mijn wil ligt vandaag bij de HM.

Om hier te komen heeft de auto meer bochten dan kilometers gemaakt. Over dijkjes, langs vaarten; een verstopt stuk groen midden in de Randstad. Boerenkarren, veldwachters, hinkelspel en hoepelen. Tussen karekiet en veldplevier hoor ik Frits van Turenhout de toto-uitslagen voordragen.

Deze Polderloop tussen Hazerswoude-Dorp en de N11 trekt in totaal een paar honderd liefhebbers om de graspollen van het oefenveld c.q. weidelandschap op te schudden. De import van mijn vandaagse aanwezigheid wordt gedreven door de voorbereiding op Rotterdam. Als onderdeel van veel marathonschema’s hoort het eigenlijk om een echte wedstrijd te lopen, twee weken voor de grote M. Na al het zenuwslopende gepiel op lage hartslag eindelijk eens volle bak. Misschien helpt dat wel om te voorkomen dat je tijdens de marathon te hard losbreekt en opfakkelt.

Het is even zoeken naar de juiste startpositie achter de kantine. In een gemengd veld van kleuters en bejaarden blijk ik de goede lijn te hebben. Het schot knalt en een deel van de populatie snelt weg. Ik kijk verbaasd naar de starter; ja, ja, gebaart hij, dat was voor de Halve, wegwezen nu.


Het is een natuurschoon loopje. Neerdalende eenden naast me in de sloot, kolossale zwanen op ooghoogte op de dijk. Weiden, kweekplantproductie, wielrenners op ramkoers, er is van alles te zien. Ik verblijf een tijdje achter een polderhaas, totdat ik sneller wil. Samen met medeloper Ferry ga ik veertien kilometer prettig keuvelend rond. De laatste kilometers moet ik alleen en alleen is tegen die tijd ook echt alleen. Voor me zie ik nergens meer lopers, achter me hoor ik ze niet. Ik moet bij de afslagen goed opletten in de hoop dat ik nog de goede kant op ren. Zeldzaam. De finish ligt ook niet waar ik ‘m verwacht, maar tweehonderd uitgespurte meters verder. De tijdwaarneming moet op het eigen horloge.

Dat horloge zegt dat ik m’n PR zojuist met 3 hele minuten heb geslacht. Eindelijk! De vlag mag uit. De eerste indicatie dat al het suffe getrain ergens toe leidt. Nog iets sneller en ik word over twee weken rennend zenmeester in Rotterdam.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten